Bent u ooit bovenop de Cycloop geweest? Nee? Dan moet u daar toch op een mooie zondagmiddag eens naar toe wandelen. De Cycloop is namelijk een flink uit de kluiten gewassen duintop in de zeereep nog net binnen de grenzen van het waterleidinggebied, ter hoogte van km. paal 71. Staande op die top en genietend van het verrassende uitzicht vraagt men zich wel af hoe zo’n duin aan die vreemde naam is gekomen.
Wel dat zit zo: op 2 januari van het jaar 1855 was de streek in rep en roer. Ter hoogte van km. paal 71, nabij de grens tussen Noord- en Zuid Holland, ten zuiden van het vissersdorp Zandvoort was een oorlogsschip gestrand. Het raderstoomschip Zr. Ms. ‘Cycloop’, dat onder commando stond van de luitenant ter zee Swaanhals. Het was in de vroege morgen van de tweede januari 1855 dat de Cycloop op de terugreis van Elseneur (Helsingor, Denemarken) naar het vaderland ruim 4300 Nederlandse ellen ten Zuidwesten van het dorp Zandvoort strandde. Reeds gedurende verscheidene dagen had men met stormvlagen en hoge zee uit het Noordwesten te kampen gehad, totdat het toenemende slechte weer, en de onzekerheid, waar men zich bevond, het schip op het strand liet vastlopen. Bij de stranding is het achterschip beschadigd en het roer afgebroken.
Dat was nog eens een bezienswaardigheid van de eerste orde! De hele gemeenschap liep uit om te kijken. Vlak voor de laatste duinenrij lag een duintop vanwaar de masten boven de zeereep zichtbaar werden. Die duintop draagt sindsdien de naam van het schip. Zr. Ms. ‘Cycloop’ was een houten raderstoomschip van zevenenveertig meter lengte, negen meter twintig breedte en met een diepgang van vier meter. De machine leverde een vermogen van tweehonderdtwintig paardenkrachten. De bewapening bestond uit zes stukken: een granaatkanon van twintig centimeter, een getrokken kanon van zestien centimeter en vier carronades. (Een carronade is een kort, gietijzeren kanon van groot kaliber. Het werd gebruikt als korte afstandswapen bij de zeemacht.). Door bemiddeling van de Commissaris des Koning van de provincie Noord-Holland en het gemeentebestuur van Zandvoort werden de officieren en overige bemanning behoorlijk opgenomen en verzorgd. Tegelijkertijd stelde de militaire bevelhebber van Haarlem een detachement manschappen ter beschikking, om het gestrande schip te bewaken en ’s lands eigendom te beschermen.
De Cycloop werd op 24 juli 1840 op de marinewerf te Vlissingen op stapel gezet en op 13 juni 1843 te water gelaten. Na de stranding is het schip maandenlang een bezienswaardigheid gebleven.
Reeds op 4 januari 1855 had zich al een voorlopige commissie van inspectie gevormd, om de toestand van het schip op te nemen. De uitslag van dit onderzoek was niet ongunstig, zodat werd besloten alle pogingen in het werk te stellen om het schip te bergen. Eerst op 15 mei 1855 werd het schip weer vlot getrokken. Dat gebeurde na voorafgaande aanbesteding, vanwege het Departement van Marine, door de Fa. Groot en Konijn te Egmond aan Zee, als minste van de negen inschrijvers, voor de aanneemsom van fl.17.700. Het schip vertrok toen onder klein zeil naar Hellevoetsluis, vergezeld door het fregat met stoomvermogen Zr Ms. ‘Admiraal van Wassenaar’. In mei 1857 was de Zr Ms. Cycloop gereed met reparatie. In de tweede helft van 1865 vertrok het raderstoomschip onder commando van luitenant ter zee C.A.L.H. Baron van Heeckeren naar Indië waar hij gedurende het eerste kwartaal van 1866 aankwam. In 1867 ging het schip over naar de Indische militaire marine. Het schip werd in 1873 in Indië afgekeurd voor de dienst.
Secretariaat genootschap Oud De Zilck:
Regenvlietweg 3, 2191 BB De Zilk
E-mailadres: info@ouddezilck.nl
Website: www.ouddezilck.nl/